Van een mislukt seizoen kunnen we zeker niet spreken, maar er kan niet naast het feit worden gekeken dat het voor Lotte Kopecky toch allemaal wat moeilijker liep afgelopen jaar. En wanneer dat gebeurt, volgt er ook automatisch de nodige kritiek.
LEES OOK: Van Empel trok lessen bij Van Aert: "Mensen beseffen dat niet"
Kopecky mist professionaliteitDie valt in dit geval te horen bij ex-renner Johan Vansummeren. Hij valt bij Het Belang van Limburg meteen met de deur in huis over waarom de prestaties wat achterwege bleven, en het gevoel meermaals niet zo goed zat als de afgelopen jaren.
“Ik denk niet dat het weg is bij Lotte. Iedereen maakt al eens een moeilijk jaar door”, nuanceert Vansummeren eerst nog, om vervolgens toch stevig uit te halen: “Maar ze mag wel professioneler gaan werken. Neem een coach onder de arm”, klinkt het.
Kopecky maakte dit jaar een groot doel van de Tour de France, wat uiteindelijk uitdraaide in een grote ontgoocheling. Vansummeren meent te weten waar het foutliep. Hij maakt de vergelijking met Pauline Ferrand-Prévot die bij haar terugkeer meteen de eindzege wist te grijpen in de Tour de Femmes.
“Pauline Ferrand-Prévot stapte het wegwielrennen terug binnen zonder druk. Bovendien koos ze bewust voor Visma-Lease a Bike, om er heel gestructureerd naar Parijs-Roubaix én de Tour de France Femmes toe te werken. Ze ging zelfs nog een stap verder, op vlak van voeding. Die toewijding mist Lotte wat”, is er opnieuw een kritische noot richting Kopecky.
Te hoog gegrepen
Zijn collega Jelle Vanendert is hierbij voorzichtiger. Hij stelt dat de Tour misschien gewoon te hoog gegrepen was: “Ondanks knieproblemen heeft ze de Ronde van Vlaanderen gewonnen. Maar dan kwam dat moeilijk haalbaar hoofddoel op de proppen: het podium in de Tour. Dat, in combinatie met allerlei problemen, heeft voor zodanig veel druk gezorgd, dat de missie onhaalbaar werd.”
Bovendien kijkt Vanendert ook richting de ploeg: “SD Worx is een hele goeie ploeg. Maar bij Visma-Lease a Bike staan ze verder. Ze kunnen putten uit zoveel data, dankzij hun mannen- en vrouwenteam. Dat scheelt een slok op een borrel.”