WN Redactie
Remco Evenepoel heeft zich in de tweede etappe van de Tour of Britain niet onbetuigd gelaten. De Belg toonde zich in de diepe finale van de kletsnatte rit met enkele stevige kopbeurten en hielp zo mee de vroege vluchters terug te halen. Na afloop sprak de kopman van Soudal Quick-Step van een geslaagde koersdag.
LEES OOK: Ploegleider komt met duidelijkheid rond Evenepoel: dit wordt zijn rol
Terug in koers na de TourVoor Evenepoel zijn de ritten in Groot-Brittannië de eerste wedstrijdkilometers sinds zijn opvallende Tour de France. Hij had vooraf al aangegeven zijn grenzen te willen verkennen, en in de hectische omstandigheden rond Stowmarket kreeg hij meteen de kans.
Een sterke kopgroep, met onder anderen Andreas Stokbro en Hartthijs de Vries van de Unibet Tietema Rockets, maakte het het peloton knap lastig. Daardoor moest Soudal Quick-Step zelf initiatief nemen.
‘Anders zouden we geen kans hebben’
Evenepoel legde uit hoe de beslissing viel. “We hebben Luke Lamperti mee en ik vroeg hem of ik op kop moest rijden. Dat wou hij eerst niet, maar ik zei hem dat als ik niet zou helpen, we de vluchters niet meer zouden terugpakken en dus ook geen kans zouden krijgen om te sprinten.”
Daarop zette de Belg zich resoluut op kop van het peloton. “Ik heb gewoon gereden tot we de vroege vluchters hadden gepakt. Daarna kon ik veilig binnenkomen, ondanks nog een valpartij in de slotfase.”
Tevreden gevoel
De regen en de nervositeit eisten onderweg hun tol, maar Evenepoel hield zich staande en leverde waardevol ploegwerk. “Voor mij was het een goede dag,” besloot hij bij VTM Nieuws. “Ik voel dat de conditie goed is en ik ben blij dat ik zo mijn steentje kon bijdragen.”
Zo liet Evenepoel zich al vroeg in de Tour of Britain zien: niet in de sprint, maar met de kracht die hem tot een van de meest gevreesde hardrijders van het peloton maakt.
