De derde rit in lijn van de Tour de l’Avenir is uitgedraaid op een demonstratie van Carl-Frederik Bévort. De Deense hardrijder koos al vroeg het hazenpad en rondde zijn lange aanval knap af. In de sprint om plek twee was Noah Hobbs de snelste.
Peloton te laat bij de les
De rappe mannen hadden hun zinnen gezet op deze rit van Etang-sur-Arroux naar Châtillon-sur-Chalaronne. De drie gecategoriseerde hellingen boden enige weerstand, maar leken niet zwaar genoeg om een sprint onmogelijk te maken. Toch bleek het opnieuw een dag voor de aanvallers. Bévort kreeg met Garcia, Kessler, Merlöv en Goszczurny vier medevluchters mee, maar de voorsprong bleef bescheiden.
Even leek het peloton de touwtjes strak in handen te hebben, tot het Franse team rond klassementsleider Seixas besloot aan te vallen. Die verrassende zet zorgde voor onrust, zonder dat het echt iets opleverde. De kopgroep verloor twee pionnen, maar kreeg ook versterking in de vorm van Valjavec en Donzé. Net op dat moment trok Bévort zijn stoute schoenen aan.
De Deen rijdt iedereen uit het wiel
Met nog dertig kilometer te gaan, ging Bévort solo. Wat volgde was een indrukwekkend staaltje hardrijden. Terwijl in het peloton de nervositeit toenam door de wind en de positieoorlog, bleef de renner van Uno-X Mobility verbazingwekkend kalm. Hij bouwde zijn voorsprong gestaag uit en dook met anderhalve minuut voorsprong de laatste tien kilometer in.
Achter hem probeerden de sprintersteams nog te organiseren, maar de motor van Bévort bleef onverstoorbaar ronken. Pas in de laatste kilometers dook de voorsprong onder de minuut, maar het was te laat. De jonge Deen kon zijn solo bekronen met een welverdiende zege en had zelfs nog de tijd om te juichen.
In de sprint om de tweede plaats toonde Hobbs zich de snelste, voor Seth Dunwoody en Aaron Dockx. Klassementsleider Maxime Decomble kwam veilig binnen en behoudt zijn leiderstrui.
De dag kleurde dan misschien rood-wit, maar het was vooral blauw van verbazing in het peloton: Bévort reed ze simpelweg allemaal uit het wiel. En dat terwijl hij in de proloog nog allerlaatste werd.