Het Critérium du Dauphiné wordt dit jaar meer dan ooit een voorproefje op de Tour de France. Met zowel Tadej Pogacar, Jonas Vingegaard als Remco Evenepoel aan het vertrek, kijkt ook Patrick Lefevere met verhoogde aandacht naar de Franse rittenkoers. De ploegbaas van Soudal Quick-Step gelooft dat de Dauphiné vooral een mentale rol speelt richting juli – en dat een tegenvaller zelfs wenselijk kan zijn.
Geen paniek
Lefevere herinnert zich hoe Evenepoel vorig jaar begon met winst in de tijdrit, leider werd, maar daarna wegzakte in het hooggebergte. “Iedereen was ontgoocheld, ook Remco zelf. En toch was ik tevreden,” zegt hij in zijn wekelijkse column voor Het Nieuwsblad (cursief bronvermeld). “Waarom? Omdat er zes weken zijn tussen het einde van de Dauphiné en het einde van de Tour. Als je nú top bent, ben je te vroeg.”
De patron van het peloton geeft aan dat Remco perfect weet wat hij moet doen. En zelfs als hij niet mee kan met de besten: geen ramp. “Het zou mij niet storen mocht hij door het ijs zakken,” klinkt het nuchter. “Soms moet je een klop van de hamer krijgen om echt top te worden.”
Het gewicht van Remco
Ook voor de andere Tourfavorieten heeft Lefevere zijn bedenkingen. Vingegaard heeft amper gekoerst sinds Parijs-Nice en zal zich vooral willen testen. Pogacar, daarentegen, heeft al veel koersdagen op de teller. “Je zou denken dat hij ooit eens krachten moet sparen. Tenzij hij over een onuitputbaar arsenaal beschikt.”
De enige keer dat Pogacar dit seizoen in de fout ging, was volgens Lefevere in de Amstel Gold Race. Daar “werd hij nog teruggefloten door Remco”, waarna Mattias Skjelmose met de zege aan de haal ging. Het toont volgens hem aan dat koersinzicht minstens zo belangrijk is als brute kracht.
Tot slot onthult Lefevere dat Evenepoel anderhalve kilo lichter is dan rond dit tijdstip vorig jaar. Destijds vond hij zelf dat hij te zwaar stond, terwijl de ploegdiëtiste het daar niet mee eens was. “Remco heeft uiteindelijk zelf het heft in handen genomen,” klinkt het veelzeggend.