Kevin De Jonghe
Iedereen kent Wout van Aert inmiddels wel als een van de leidinggevende figuren binnen het wielrennen van vandaag, maar ook binnen zijn eigen team is de Kempenaar een echt leidersfiguur. Dat wordt nog eens helemaal duidelijk wanneer hij zelf bij Knack een en ander in beeld brengt over zijn rol binnen het team.
Hameren op professionalisme
Want die reikt uiteraard wel verder dan het puur sportieve. Iemand als Van Aert heeft flink wat zeggenschap binnen de ploeg. Dat brengt zijn status met zich mee, maar het komt ook gewoon door het feit dat Van Aert zelf hyperprofessioneel te werk gaat. Hij staaft met een voorbeeld over teammeetings voor de aanvang van een wedstrijd.
“In een wielerploeg zijn er altijd renners van verschillende niveau’s, die op een andere manier hun sport beoefenen dan ik. Ikzelf doe er alles voor, tot in de kleinste details. Als ik zie dat iemand niet zo professioneel is, dan wringt dat”, geeft de renner van Visma-Lease a Bike eerlijk toe.
“Renners die aanschuiven bij een teammeeting en het parcours nog niet kennen, bijvoorbeeld. Dat je niet alle ritten van de Tour al voor de start vanbuiten kent, oké. Maar het parcours van een ééndagskoers? Dat begrijp ik niet.”
Van Aert kan dan naar eigen zeggen behoorlijk cru zijn. “Dat zeg ik dat tegen de renner in kwestie en ben ik vrij kortaf. Zoals ik ook al tegen ploegleiding heb gezegd dat we in de tactische meetings niet meer té gedetailleerd het parcours moeten bespreken. Tijdsverlies, want iedereen zou dat al moeten kennen.”
Zelf plannen bedenken
Voor zichzelf gaat Van Aert zelfs nog een stapje verder. Zo denkt hij zelf mee naar wat er mogelijk is tijdens een koers of etappe in een rittenkoers. “Voor zo’n teammeeting bereid ik me altijd voor, om mogelijke strategieën ter sprake te kunnen brengen. Zoals in de eerste etappe van Parijs-Nice van 2022.”
Ook bij één van zijn mooiste zeges gaf hij zelf de voorzet voor een fabelachtig nummertje: “Of zoals mijn ritzege in Calais (zie bovenstaand, nvdr) van de Tour de France van datzelfde jaar. Toen we de slothelling op knalden. Ik heb die plannen niet helemaal zelf bedacht, maar was wel de aanstoker. Ik vind het ook belangrijk om als kopman zelf aan te geven dat ik er zelf 110 procent achter sta.”
