Het succes van het WK gravel gaat ervoor zorgen dat het veldrijden in de schaduw komt te staan. Dat is de mening van Jan Bakelants na het afgelopen wereldkampioenschap in Leuven. Philip Roodhooft, teammanager bij Alpecin-Deceuninck, is het niet eens met die uitspraak.
"Mijn inschatting is dat we naar een toekomst zullen gaan waarin veldrijden almaar meer gemarginaliseerd wordt op wereldniveau", dixit Jan Bakelants vorige week. Zijn uitspraak deed echter heel wat stof opwaaien in de veldritwereld.
Mijlenver
Eerder spraken ook al Sven Nys en Thomas Van Den Spiegel zich uit over het onderwerp, maar nu heeft ook Philip Roodhooft zijn zegje gedaan. De sterke man achter Alpecin-Deceuninck is al 15 jaar een grote naam in het veldrijden.
"Het verbaast me een beetje dat er mensen zijn die denken dat gravel de cross zal vervangen. Ik zie het eerder in de andere richting gaan", citeert Sporza Roodhooft. "Ik denk dat de visibiliteit, ofwel de zichtbaarheid, die gecreëerd wordt met veldrijden mijlenver afstaat van wat gravel ooit zou kunnen bereiken."
"Oké, je ziet in het veldrijden dat er ploegen zijn die meerdere sporttakken combineren, maar wij vinden het toch belangrijk dat mensen hun boterham kunnen verdienen aan het veldrijden."
Het geld blijft stromen
En volgens Roodhooft gaat het nog steeds goed met de cross. "Ik merk dat sponsoren zélf vragende partij zijn om iets te doen in het veldrijden. De sport is commercieel gezien erg belangrijk door de tv-aandacht. En het is ook niet iedereen gegeven om grote budgetten vrij te maken om tijdens wegwedstrijden iets te doen."