Vetereaan Alexander Kristoff werpt zijn blik op het moderne wielrennen en hij vergelijkt de exploten van Wout van Aert met die van Mathieu van der Poel.
37 is hij er, maar winnen kan de Noor van Uno-X Mobility nog steeds. Hij schreef vorige week de Antwerp Port Epic op zijn naam. Twee weken eerder mocht hij ook al juichen in de Elfstedenronde. Toppers als Arnaud de Lie en Biniam Girmay moesten hun meerdere erkennen.
Kristoff deed het allemaal op de 'ouderwetse' manier, zonder hoogtestage. Hij is zelfs nog nooit op hoogtestage geweest, terwijl zowat elke wereldtopper tegenwoordig één of meerdere keren per jaar enkele weken een kale berg op en af rijdt. Het leverde hem al 90 profzeges op.
"Tel uit: als je tweemaal per jaar drie weken op een berg zit, dan kan je al bijna niet meer aan tachtig wedstrijddagen geraken", zegt Kristoff in een interview met Het Nieuwsblad. "Plus, ik hou ervan om te koersen."
Hij zou ook zijn gezin te veel missen. "Hoogtestages vragen zo veel tijd. Ik heb vier kinderen. Ik rij in april en mei mijn wedstrijden in de weekends in België, maar in de week ga ik gewoon naar huis, train in Noorwegen en zie mijn kinderen alle dagen."
Kristoff zou dit voorjaar voor het eerst op hoogtestage gaat, maar door omstandigheden is het er niet van gekomen. "Voorlopig beklaag ik het mij niet. Zie wat Van Aert dit seizoen is overkomen."
"Best mogelijk dat die na zijn hoogtestage in zijn beste vorm ooit zat. Maar wat ben je daarmee als je vervolgens valt en weken buiten strijd bent? Als ik straks in de eerste Tourrit val en moet opgeven, heb ik toch al twee zeges binnen.”
De voormalige Europese kampioen stelt zich ook vragen bij het nu van zo'n hoogtestage voor een niet-klimmer. "Akkoord, als je een klassementsrenner bent die in de bergen moet standhouden, dan is zo’n hoogtestage zeker noodzakelijk. Maar voor een klassiek renner ligt dat al enigszins anders. Zeker voor een sprinter heb ik er mijn twijfels bij. Dat gevoel, dat ritme, die timing daar kan je op een hoogtestage allemaal niet aan werken."
'Van Aert regelmatiger'
Wout van Aert en Mathieu van der Poel zijn 'moderne' renners die wel geloven in hoogtestages. Wie de betere van de twee is? "Van der Poel kan ongelooflijke dingen doen", zegt Kristoff. "Dingen die ik inderdaad nooit iemand anders heb zien doen. Maar een maand later kan hij ook helemaal nergens staan. Dan is Van Aert veel regelmatiger in zijn prestaties.”
