Afgelopen zondag ging Mads Pedersen aan de haal met Gent-Wevelgem. De Deense sprintbom en kopman van Lidl-Trek klopte Mathieu van der Poel na een slopende koers van maar liefst 256 kilometer. Een ode aan hoe de sport maar blijft evolueren.
Een sprinter dat Gent-Wevelgem wint, dat is hoogst ongebruikelijk. De snelle mannen hebben het steeds moeilijker in het moderene wielrennen, deels omdat de organisatoren van de grote wedstrijden de parcoursen alsmaar zwaarder en spectaculairder willen maken.
Maar Adrie van der Poel, vader van Mathieu, ziet dat de sprinters zich meer en meer beginnen omscholen. Het perfecte voorbeeld is volgens hem Jasper Philipsen, die onlangs nog Milaan-Sanremo naar z'n hand wist te zetten. Geen gemakkelijke opdracht als je weet dat de 'Vlam van Ham' zowel de Cipressa als de Poggio moest bedwingen.
Overleven
"In Milaan-Sanremo overleven van de spurters eigenlijk alleen nog Philipsen en Kooij”, aldus Van der Poel senior bij Het Nieuwsblad. Philipsen maakte volgens Adrie ook in de Tour de France furore. “Daar overleeft Jasper makkelijker. Jakobsen en Groenewegen knokken wel eens met de tijdslimiet.”
Vader Van der Poel blikte terug op de koerswijze van Mario Cippolini. “Die reed de drie grote rondes, maar stapte telkens na tien ritten af. Zoek het maar uit in die bergen, dacht hij. Zo benut je wel je kwaliteiten natuurlijk”, aldus VDP senior.