Met de Vuelta gaat zaterdag de laatste grote ronde van het seizoen van start. Jonas Vingegaard is de grote topfavoriet op de eindzege, in een ronde die bijzonder veel klimkilometers herbergt. Daartegenover staat dan weer dat de sprinters bijzonder weinig aan hun trekken komen.
LEES OOK: Visma-pion spreekt klare taal: “Ja, ik ben blij dat Pogacar er niet is”
Eentonig parcoursEen terugkerend gegeven in de Vuelta, maar dit seizoen is het toch wel bijzonder mager voor de sprinters. Met enige goede wil tellen we 5 kansen voor de snelle mannen. Dat terwijl er maar liefst 10 (!) aankomsten bergop zijn. Volgens Sporza-journalist Renaat Schotte hebben ze de bal in Spanje volledig misgeslagen.
"De organisatie van de Vuelta mag in de spiegel kijken, want dit gaat er een beetje over", is hij duidelijk. "Niemand zit te wachten op 10 aankomsten bergop. Deze Vuelta is een perfecte illustratie van de overmatige focus op klimmerstypes. De slinger slaat door. Sprinters en klassieke types komen veel te weinig aan bod."
Nochtans zagen we in de Tour dat het anders kan: "De voorbije Tour was een mooie uitzondering en ik hoop dat ze die weg blijven inslaan, maar op het hoogste niveau moeten de grote rondes met de UCI overleggen."
Bedreigde diersoort
Schotte vreest, dat als deze trend zich aanhoudt, de sprinterskunst zelfs dreigt te verdwijnen: "Ik vind dat sprinters elk jaar in minstens 1 grote ronde goed aan hun trekken moeten komen. We komen inderdaad van een tijdperk met overdreven veel sprintkansen, maar nu worden ze als het ware een bedreigde diersoort."
De commentator voor de komende 3 weken gaat zelfs nog een stapje verder. Volgens hem richten de grote rondes zich sowieso te veel op het klimgebeuren: "Het vak van sprinter mag niet verdwijnen. Zij horen bij het abc van de wielersport. En ik vind dat ook klassieke types als Mathieu van der Poel of Wout van Aert bijvoorbeeld om de 3 jaar een grote ronde moeten krijgen waarbij ze kans maken op de eindzege."