Hij kreeg opnieuw een tik op de slotklim van de koninginnenrit, maar Jonas Vingegaard weigert te capituleren. De Deen van Visma | Lease a Bike ging met grootse plannen de Col de la Loze op, trok vol ten aanval, maar moest bij de streep wederom enkele seconden toegeven op gele trui Tadej Pogacar. Toch blijft Vingegaard strijdbaar. “De Tour is nog niet voorbij.”
Met een indrukwekkende ploegprestatie zette Visma | Lease a Bike de achttiende rit in vuur en vlam. Op de Col de la Madeleine reden ze het peloton aan flarden, op de Col de la Loze gooiden ze hun laatste troeven op tafel. “Het was een brute dag”, vertelde Vingegaard na afloop bij Eurosport. “Ik weet niet of ik ooit al zo’n zware Tourrit heb gereden.”
LEES OOK: Visma komt met verklaring tactiek richting La Plagne
Tactisch pokerspel in de valleiDat het offensief strandde in schoonheid, kwam volgens de Deen niet door de benen, maar door het koersverloop. In de afdaling richting de slotklim liet Visma Matteo Jorgenson meerijden met een vooruitgeschoven groepje. In de groep der favorieten stokte daardoor het tempo, waardoor zelfs gelosten opnieuw konden aansluiten. “We wilden daar niet samenwerken. Toen Lipowitz versnelde, wachtten wij op onze ploegmaats.”
Op de Col de la Loze werd opnieuw een hoog tempo opgelegd, maar Pogacar had ook daar steeds een antwoord klaar. “Ik voelde me goed en het team ook”, blikte Vingegaard terug. “Iedereen reed vandaag voor mij, we hadden een duidelijk plan en het is fantastisch om te voelen hoeveel steun ik krijg van deze ploeg. Dat motiveert me enorm.”
Geen overgave, geen excuses
De tijdswinst bleef uiteindelijk beperkt tot elf seconden in het voordeel van Pogacar. Klein verschil, grote betekenis. Toch weigerde Vingegaard zich na afloop uit te spreken over een onverslaanbare concurrent. “We leken vandaag vrij gelijkwaardig. Hij pakte wat boni's en enkele, maar dat verschil was niet groot.”
Met nog één Alpenrit op het programma, weigert de Deen zich neer te leggen bij het ogenschijnlijke onvermijdelijke. “Ik blijf vechten. De Tour is nog steeds niet voorbij.”