Op de natte flanken van Luchon-Superbagnères klonk zaterdag geen Nederlands volkslied, maar in het hoofd van Thymen Arensman zal het als overwinningsmuziek hebben aangevoeld. De 25-jarige Nederlander soleerde naar zijn eerste ritzege in de Tour de France en rekende onderweg af met jaren van mentale en fysieke opoffering. “Ik dacht aan alles wat eraan voorafging. Dit was nodig.”
LEES OOK: Ritwinnaar in Tour geconfronteerd met harde aantijgingen
Tranen, twijfels en Tom DumoulinHet contrast kon amper groter. In de Giro van vorig jaar zat hij nog in tranen in de ploegbus, toen ploegmakker Narváez destijds de openingsrit won en hijzelf door het ijs zakte. In de Tour van 2025 plantte hij op een mythische Pyreneeëncol eindelijk zijn vlag. “Na mijn overstap naar de profs is het zelden vanzelf gegaan. Blessures, druk, mentale tikken, ik heb het allemaal gehad.”
Dit voorjaar volgde een dieptepunt, waarna een eerlijk gesprek met zijn idool Tom Dumoulin het keerpunt werd. “Hij begreep me, omdat hij hetzelfde had doorgemaakt. Soms is het niet een kwestie van meer trainen, maar van loslaten.”
Van verwachting naar verrassing
De voorbereiding op de Tour was verre van vlekkeloos (een ziekte na de Giro gooide roet in het eten) en Arensman stond aan de start zonder grote ambities. “Ik wilde gewoon voelen hoe het is, de Tour beleven. Alles kwam later wel.”
Maar in de eerste bergrit werd hij al tweede. En in rit 14 kwam alles samen: benen, timing en overtuiging. Op de Peyresourde ging hij ervandoor, alleen. “Ik hoorde dat mijn voorsprong slonk, maar wilde me niet laten afschrikken. Ik voelde me zó goed, ik moest het proberen.”
Meer dan een overwinning
Arensman hield knap stand en kwam als eerste boven in de mist. “Ik dacht aan alle keren dat het net niet was. Dat ik overtraind was, te veel wilde, mezelf verloor.”
“Deze overwinning is voor de jonge Thymen die zich afvroeg of het ooit goed zou komen. Het antwoord is ja. En hoe.”