Het was een dag die geen wielerfan koud liet. Op de flanken van de Tourmalet, al vroeg in de zware bergrit van deze Ronde van Frankrijk, gebeurde het ondenkbare. Remco Evenepoel, witte truidrager en derde in het klassement, stapte af. In tranen. Totaal leeg. Fysiek én mentaal.
LEES OOK: De Cauwer en Schotte kennen hét medicijn voor Evenepoel
Van hoop naar ontredderingDe Sporza-man op de motor, Maarten Vangramberen, zat in het zog van de kopman van Soudal Quick-Step en zag het drama zich voor zijn ogen ontvouwen.
“Hij was aan het huilen, helemaal kapot van deze opgave”, beschrijft Vangramberen. “En toch gaf hij, vlak voor hij afstapte, nog een drinkbus aan een klein kindje langs de kant. Het tekent wie Remco is. Maar daarna… het waren pijnlijke beelden. Een totaal ontredderde renner, die diep vanbinnen wist dat het over was.”
“Wat een domper”, zuchtte José De Cauwer. “Zó’n mooie Tour voor de Belgen, maar deze opgave had niemand zien aankomen.”
“Een opgave van ontreddering”, bevestigde ook Renaat Schotte. “Hij won een etappe, reed een prachtige tijdrit, maar kwam voor het podium. En toen dat uit beeld verdween, is de veer gebroken.”
Seizoen niet voorbij, carrière al helemaal niet
“Het is een opeenstapeling geweest”, analyseerde De Cauwer verder. “Op een bepaald moment moet je luisteren naar je lichaam, of je nu Evenepoel heet of niet. En moet je ook kijken naar de toekomst.”
“Er komt nog een WK aan”, herinnert Schotte. “Op de weg of in het tijdrijden, hij kan daar zomaar weer schitteren. Maar nu: bezinnen, herstellen, en het juiste lawaai buiten houden.” Want grote kampioenen breken ook weleens. Maar ze keren daarna alleen maar sterker terug.