Yorrith Haan
Op vijf kilometer van de streep gleed Tadej Pogacar plots onderuit. Het peloton aarzelde, maar niemand trapte door. Zeker Jonas Vingegaard niet, die het incident van dichtbij meemaakte. “Hij reed naast me, ik zag hem vallen,” blikte de Deen terug. “Dan wacht je. Zo hoort het gewoon.”
Pogacar raakte een wiel en ging onderuit, niet door overmoed, maar door domme pech. “Het had iedereen kunnen overkomen,” erkende Vingegaard. “Als dat gebeurt, koers je niet door. We hebben gewacht. Hopelijk is hij oké.”
LEES OOK: Van Aert-actie krijgt venijnig staartje: Pogacar wreekt zich
Verrassende aanval in chaotische faseDat Vingegaard het hoofd koel hield in de slotfase, betekende niet dat hij zich eerder niet had laten zien. In de chaotische openingsuren, waar geen controle te bespeuren viel, mengde hij zich verrassend in de strijd om de vroege vlucht. Samen met geletruidrager Ben Healy reed hij naar voren, waardoor onder meer Evenepoel en Pogacar zelf het gat moesten dichten.
“Het was een zwaardere dag dan we vooraf dachten,” gaf hij toe. “Vooral na een rustdag. Alles lag open.” Wout van Aert zat mee in de ontsnapping, maar greep net naast de zege. “Jammer dat Wout de zege niet kon grijpen, maar verder was het een oké dag voor ons.”
Hautacam lonkt: “Goede herinneringen”
De grote test voor het klassement volgt echter pas donderdag, wanneer het peloton voor het eerst écht de Pyreneeën induikt. De aankomst ligt bovenop de gevreesde Hautacam, een klim waar Vingegaard in 2022 zijn visitekaartje afgaf met een indrukwekkende solo.
“Het is een plek met goede herinneringen,” glimlachte hij. En dus is het wachten op de volgende clash met Pogacar, al hopen ze bij Visma dat dat duel eerlijk zal verlopen.
