Stan Strubbe
Remco Evenepoel wordt door velen gezien als een podiumkandidaat voor de komende Tour de France, maar niet iedereen ziet dat als de juiste koers. Ex-renner en koersanalist Dirk De Wolf stelt in Het Nieuwsblad dat Evenepoel beter voor spektakel dan voor klassement zou kiezen. Ook over Pogacar heeft hij een uitgesproken mening: “Hij is nóg beter geworden.”
“Remco moet niet wachten, hij moet aanvallen”
Volgens De Wolf is de teleurstelling na het Critérium du Dauphiné voelbaar in kamp-Evenepoel. “Ik heb met vader Evenepoel gebeld. Remco zit in Tignes en is ‘koleirig’, vooral op zichzelf,” vertelt De Wolf. De prestatie in de Dauphiné, waar Remco geen steun had in de finale, blijft hangen. “Hij moest zelf zijn ijs gaan halen, veertig man voorop en niemand van de ploeg mee.”
De Wolf verwijst naar het wegvallen van Mikel Landa, een renner die er vorig jaar “tenminste nog wás” voor Evenepoel. De suggestie? Laat het klassement los. “Mocht ik Remco zijn, ik zou mijn gat aan het klassement vegen. Wachten zoals Simon Yates? Dat ligt hem niet. Hij moet aanvallen, koers maken.”
Pogacar steekt er met kop en schouders bovenuit
Dat het in deze Tour moeilijk zal worden om écht voor geel te gaan, komt vooral ook door Tadej Pogacar. De Wolf ziet bij de Sloveen een constante evolutie. “Hij is nóg beter geworden. Tim Wellens vertelde me ooit: Pogacar gaat zelf bidons halen, komt aan zestig per uur terug, zegt nog goeiedag, en zet zich vervolgens op kop.”
“Dan roept hij naar zijn ploeg: ‘Trek maar door.’ En als dat niet snel genoeg gaat, doet hij het zelf wel.” De Wolf ziet bij Pogacar geen extra kilo’s of uitgesproken piekgewicht, maar wel een coureur met natuurlijke klasse én onbegrensde inhoud. “Dat is nog altijd dezelfde atleet, maar met nog meer koersinzicht.”
Of Evenepoel daar straks iets tegenover kan zetten, blijft de vraag. De Wolf twijfelt – maar hoopt dat de Belg kiest voor zijn instinct. Niet wachten. Gaan.
