Yorrith Haan
Alle twijfels over de vorm van Tadej Pogacar zijn met één verwoestende klim weggeblazen. In de zesde etappe van het Critérium du Dauphiné zette de Sloveense wereldkampioen de concurrentie genadeloos op achterstand. Vingegaard kreeg 1 minuut aan de broek, Evenepoel verloor bijna twee en zakt zelfs van het podium. Pogacar zelf? Die bleef er opmerkelijk rustig onder.
"Ik wilde eigenlijk gewoon nog op tijd zijn om de finish van Urska (Žigart, red.) in de Ronde van Zwitserland te zien", klonk het met een grijns na afloop. Daarna gaf hij toch iets meer prijs over zijn machtsontplooiing op de Côte de Domancy. "We hadden ons als ploeg echt vastgebeten in het plan om van onderaan vol te gaan. Sivakov en Narvaez hebben geweldig werk geleverd. Eigenlijk het hele team trouwens. We hadden niets te verliezen."
"Ik wist dat ik mezelf een kwartier moest pushen"
Na de mokerslag was het vooral het verschil in frisheid dat opviel. Pogacar draaide soepel rond en controleerde zijn aanval perfect. "Ik voelde dat de benen goed waren en wist dat ik het gewoon moest volhouden tot aan de finish. Een kwartier volle bak, daar had ik me op ingesteld."
De zorgen over zijn tijdrit een dag eerder laat hij nog niet helemaal los, maar veel tijd om te piekeren is er niet. "Die tijdrit baarde me wel zorgen, dat blijft een puntje van aandacht voor de toekomst. Maar nu ligt de focus gewoon op doortrekken tot de Tour."
Pogacar slaat om en neemt het geel over
Met zijn zege in de koninginnenrit heeft Pogacar zijn achterstand in het klassement omgezet in een voorsprong. Hij begint het slotweekend van de Dauphiné met 43 seconden voorsprong op Vingegaard. Evenepoel, die voor deze etappe nog leider was, is van het podium verdwenen.
Een krachtmeting met duidelijke cijfers dus. En als deze vorm zich voortzet richting juli, is het nu al duidelijk wie er in de Tour het meeste te vrezen valt.
