De Giro d’Italia gaat van start in Albania, zo ook voor Dylan van Baarle en Wout Poels. In de podcast In Koers spreken de twee ervaren renners open over hun voorbereiding, verwachtingen en de soms bizarre omstandigheden in Albanië. Voor Van Baarle is het zijn tweede deelname aan La Corsa Rosa – en hij staat er met vertrouwen.
"Alsof Max Verstappen hier rijdt"
“Het was heerlijk om eens een voorjaar zonder ziekte te hebben”, vertelt Van Baarle. “Natuurlijk hadden we als ploeg meer gehoopt en verwacht, maar ik ben blij hoe ik aan het seizoen ben begonnen. En nu kijk ik echt uit naar de Giro.” De renner van Team Visma | Lease a Bike voelde zich de laatste weken weer sterker worden, vooral tijdens de klassiekers. “Die hardheid heb ik nodig om top te zijn in een grote ronde.”
Toch ging de eerste verkenning in Tirana gepaard met gefronste wenkbrauwen. “Er zijn gewoon stukken asfalt nog niet gelegd, die zijn ze op hun gemak aan het vullen”, lacht Van Baarle. “Op de klim is het wel oké, maar de afdaling is gevaarlijk. En in het verkeer is het echt chaos. Hier rijden ze alsof Max Verstappen achter je zit.”
Roadworks are still being done near Tirana the day before the first stage of @giroditalia.
— Rasmus Nowak Franklin (@NowakFranklin_) May 8, 2025
Photos below are from this afternoon. Yesterday they were working extensively on one of the climbs to get the road ready. Just in time!
📸 Bjarke Vodder Nielsenhttps://t.co/NMh7aXtCkV pic.twitter.com/OHH8ieK74p
Weinig enthousiasme
De Nederlander merkt bovendien op dat het wielrennen nauwelijks leeft in Albanië. “Geen spandoek, geen bordje. Tijdens de ploegenpresentatie vroeg een man of dit het hoogste niveau wielrennen was. Hij dacht zelfs dat we Team Nederland waren.”
Sportief gezien zijn er wel mogelijkheden, al meteen in de openingsetappe. “Met Wout en Olav hebben we twee jongens die kunnen meedoen voor de zege. De klim op het einde is niet extreem, maar de positie vooraf en vooral de afdaling gaan beslissend zijn.” Zelf mikt Van Baarle ook op zijn kans. “Ik hoop in enkele ritten te kunnen anticiperen en mee te zitten in de vlucht. En dan kijken of ik iets moois kan doen.”
Toch is er ook een dienende rol weggelegd, als klassementskopman Simon Yates zich goed voelt. “Als hij sterk blijkt, dan werk ik voor hem. Maar als de ruimte er is, ga ik zeker proberen iets uit mijn eigen benen te halen”, besluit Van Baarle strijdvaardig.