WN Redactie
Thibau Nys reed zich de voorbije weken al meermaals in de kijker, maar de belangrijkste afspraken van zijn voorjaar moeten nog komen. Zondag start hij in de Amstel Gold Race, daarna volgen nog de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik. Binnen Lidl-Trek leeft er veel vertrouwen, en ploegmaat Otto Vergaerde steekt dat niet onder stoelen of banken.
LEES OOK: Belgische wielerwereld rouwt opnieuw om iconisch figuur
Explosief op de CaubergNys liet het Vlaamse voorjaar bewust links liggen en richt zijn vizier volledig op de heuvelklassiekers. In de Ronde van Baskenland hield hij zich wat op de achtergrond, maar volgens Vergaerde was dat louter voorbereiding op wat komen gaat. “Hij was daar echt al heel goed bezig”, zegt hij bij Sporza. “Thibau heeft deze koersen met rood omcirkeld.”
En dus mogen we iets verwachten, zeker zondag in Limburg. Daar wacht wel meteen een loodzware uitdaging: Tadej Pogacar staat aan de start van de Amstel Gold Race. Maar Vergaerde acht Nys niet kansloos. “Een goede Thibau, zoals ik hem de laatste weken heb gezien, zal meekunnen als Pogacar gaat.”
Toch plaatst hij meteen een kanttekening bij die gewaagde voorspelling. “Blijven meekunnen is een ander verhaal. Als Pogacar opnieuw op die manier koerst, zoals hij Van der Poel wist te kraken in de Ronde van Vlaanderen, dan wordt het voor Thibau ook heel moeilijk. Maar onderschat hem niet.”
'Een van de besten ter wereld'
Vooral de aankomst op de Cauberg moet Nys goed liggen, denkt Vergaerde. “Er zullen er niet veel zijn die daar rapper kunnen rijden dan Thibau, misschien zelfs niemand.” Zijn explosiviteit is volgens zijn ploeggenoot ongeëvenaard, en dat zou hem ook in de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik een gevaarlijke klant maken. “Hij kan echt een van de besten ter wereld worden. Hij moet niet voor veel mensen onderdoen.”
De verwachtingen zijn dus hoog, ook binnen de ploeg. “Thibau verwacht er zelf veel van, en wij ook. Ik zou er niet van verschieten als hij meteen in de prijzen rijdt. Maar het kan ook tegenvallen – en dan is dat ook maar zo.”
