Jonas Vingegaard staat op de tweede rustdag in de Tour op ruim vier minuten van Tadej Pogačar. Een uitzichtloze situatie? Niet voor de tweevoudig winnaar zelf. De Deen gelooft rotsvast in een comeback in de derde week en is bereid daarvoor alles op het spel te zetten, ook zijn podiumplaats.
LEES OOK: “Daar leggen we ons niet bij neer”: Spanning in Tour terug?
“Mijn niveau stijgt, ik voel dat ik sterker word”De persconferentie in het kamp van Visma | Lease a Bike verliep opvallend ontspannen. Vingegaard lachte, maakte grapjes en gaf zonder aarzelen antwoord op scherpe vragen. “Ik geloof nog altijd dat ik deze Tour kan winnen”, klonk het overtuigend. “Het is een groot gat, maar de derde week is normaal mijn sterke kant. We hebben een plan. Natuurlijk ga ik daar nu niks over zeggen, maar ik geloof erin.”
Vingegaard erkent dat zijn achterstand vooral te wijten is aan twee slechte dagen. “Dat is niks voor mij in een grote ronde. Maar het is gebeurd, en nu kijk ik alleen nog vooruit. Mijn niveau stijgt. Ik voel me elke dag beter. En als je niet meer gelooft in de winst, dan kun je net zo goed naar huis gaan.”
Wat als Pogačar kwetsbaar blijkt door zijn neus- en keelklachten? “Dan moeten we het zien aan de voet van de Mont Ventoux. Maar eerlijk? Tot nu toe oogt hij ijzersterk. Ik zie geen zwakte. En als ik die al wél zie, dan zeg ik dat hier natuurlijk niet.”
“Ik geef niks om mijn imago, ik wil gewoon winnen”
De Deen lijkt rustiger en opener dan ooit. Speelt hij bewust met zijn imago? “Helemaal niet. Ik geef daar niks om. Maar ik heb wél iets meer plezier dan vroeger. Misschien komt dat door de ploeg, misschien omdat ik ouder word. Maar het is niet gespeeld.”
De kritiek dat zijn lange trainingsperiode tussen Parijs-Nice en de Dauphiné hem parten speelt, wijst hij van de hand. “Integendeel. Een lange trainingsperiode heeft het peloton juist sterker gemaakt sinds COVID. Ik heb geen achterstand opgelopen.”
En dan het opvallendste moment van de middag. Op de vraag of hij zijn tweede plaats zou opofferen om de Tour alsnog te winnen, antwoordt Vingegaard glashelder: “Absoluut. We hebben een plan. Ik ben bereid alles te verliezen, als het betekent dat ik Pogačar nog kan kloppen.”