Remco Evenepoel staat aan de vooravond van zijn tweede Tour de France, en doet dat met een opvallende mix van nuchterheid, scherpte en ambitie. Tijdens het persmoment van zijn ploeg Soudal Quick-Step blikte hij vooruit op zijn grote debuut, waarin hij zich wil meten met topfavorieten Jonas Vingegaard en Tadej Pogacar – “de mannen die de laatste vijf Tours hebben gewonnen.”
Lees ook: Vlak voor Tourstart: Gilbert zet wielerwereld in lichterlaaie
"Ik wil het hen lastig maken"Evenepoel erkent zonder omwegen dat Pogacar en Vingegaard voorlopig een niveau hoger staan. “Het zou niet fair zijn tegenover mijn ploeg om te zeggen dat ik niet wil strijden tegen hen. Ik wil het hen zo lastig mogelijk maken,” aldus de 25-jarige Belg. “Waar ik precies sta? Moeilijk te zeggen. Ik hoop weer een stap vooruit te zetten, maar de koers zal uitmaken wat ik echt waard ben.”
Daarmee houdt Evenepoel de verwachtingen bewust wat lager dan de buitenwereld, die hem bij voorbaat al tot een topfavoriet bombardeerde. Maar tegelijkertijd klinkt er in zijn stem ambitie. “Ik ga mijn best doen en zien waar ik uitkom in het klassement.”
Eerste week: geen stress, wel respect
Gevraagd naar de gevreesde openingsweek van de Tour – met nerveuze finales, technische parcoursen en risico op valpartijen – blijft Evenepoel opvallend rustig. “Iedereen is wat bang voor die eerste week, niemand wil er na een paar ritten al uitliggen,” beseft hij. “Maar stressen heeft geen zin. Het is voor iedereen hetzelfde. Sommigen houden van dat soort ritten, anderen niet. Maar niemand houdt van vallen. Ik laat het op me afkomen.”
Tijdrit als wapen, boni’s als bijzaak
In de Tour van 2025 is er opnieuw een vlakke tijdrit (Caen), en daar kijkt Evenepoel wél reikhalzend naar uit. “Die rit ligt me in principe beter dan Jonas en Tadej. Het is vlak, dus zij kunnen geen tijd goedmaken op een klim. Hoeveel ik kan winnen? Dat hangt af van de benen van de dag. Maar ik ga vol voor de ritzege.”
Over het verdwijnen van de bonificatieseconden in bergritten is hij duidelijk: “Ik vind ze niet echt nodig. Als je al op twee minuten wordt gereden, maakt tien seconden op de streep ook geen verschil. Misschien moeten we boni’s overwegen in tijdritten?” grapte hij nog, met een knipoog richting organisator ASO.
BK als perfecte prikkel
Evenepoel reisde met vertrouwen af naar Lille, mede dankzij zijn goede prestatie op het Belgisch kampioenschap. “Ik had een goed gevoel in zowel de tijdrit als de wegrit. Die prikkel was ideaal. Ik hoop dat die lijn zich doortrekt in de Tour en dat het resulteert in een zo hoog mogelijke eindklassering.”
Zijn ambities voor de Tour zijn helder. Niet meteen geel of het podium, maar vooral zichzelf meten met de besten. “Ik wil zien hoe dicht ik bij Jonas en Tadej kan eindigen. Als ik onderweg een rit kan pakken, zeker in de tijdrit, is dat mooi meegenomen. Maar mijn echte doel is om te groeien als ronderenner. En dit is de ultieme leerschool.”