Kevin De Jonghe
Voor Wout van Aert is het al een frustrerende Giro d’Italia geweest, allemaal te danken aan zijn ziekte een week voordien. We lijken na de afgelopen twee dagen toch voorzichtig te mogen stellen dat de Kempenaar stilaan zijn betere vorm aan het terugvinden is.
Een echte Strade
Als het zaterdag al niet is zal zondag met zekerheid duidelijk maken of dat effectief ook het geval is. Dan staat immers de gevreesde ‘Strade-rit’ op het programma. Voornamelijk gevreesd door de klassementsmannen uiteraard, renners als Van Aert likkebaarden al maanden bij het zien van deze etappe. Al dient de conditie daarvoor wel in orde te zijn.
Want Van Aert weet dat het menens wordt. Een ‘echte’ Strade Bianche. “Het wordt echt lastig. De finale is bijna identiek aan die van Strade Bianche, het is niet zomaar een flauw afkooksel, zoals vaak het geval is met andere gravel- en of kasseiritten in grote rondes”, weet Van Aert.
Er komt volgens hem nog een extra moeilijkheidsfactor bij kijken. “Toen ik er twee weken geleden fietste, lag het grind ook vrij los door het droge weer dat we hebben gehad in Europa. Het verschil zal op de gravel en de steile hellingen in de finale worden gemaakt.”
Mooie kans op ritwinst
Het wordt dus flink uitkijken voor mannen als Roglic, Ayuso en andere Tiberi’s, maar de kans dat zij voor dagwinst zullen strijden lijkt behoorlijk klein. Dat denkt ook Van Aert bij HLN. “Ik acht de kans groot dat de winnaar uit de vlucht zal komen, en dat er bij de klassementsmannen vooral zal gekoerst worden om geen tijd te verliezen, en niet per se om de rit te winnen.”
Die intentie heeft hij alvast zelf wel. De ploeg steunt hem volledig, gaf Van Aert alvast mee. “Ik heb van de ploeg zondag een vrijgeleide gekregen”, zegt hij veelbelovend. Nu dan maar hopen dat de benen en het lichaam meewillen. Op die manier zou Van Aert zondag een eerste keer écht een gooi kunnen doen naar ritwinst.
