WN Redactie
Wout van Aert heeft opnieuw zijn klasse getoond in het veld. Na zijn spannende overwinning in Gullegem op zaterdag, maakte de renner van Visma | Lease a Bike zondag in Dendermonde nog meer indruk. Op het zware, modderige parcours reed hij zijn concurrenten op minuten en bewees hij andermaal zijn dominantie.
Van Aert keek na afloop tevreden terug op zijn prestatie. “Ik denk dat ik goed op schema lig”, zei hij na zijn zege. “Deze crossen hebben we toegevoegd aan mijn programma om te testen hoe ik ervoor sta. Dat gevoel is positief. Ik ben heel tevreden.”
LEES OOK: Van Aert onthult veldritprogramma: duels met Van Der Poel lonken
Waardevolle prikkel richting het wegseizoenDe overwinning in Dendermonde gaf Van Aert niet alleen vertrouwen voor de rest van het crossseizoen, maar ook een indicatie voor het komende wegseizoen. “Dit is fysiologisch gezien een goede test”, verklaarde hij. “Maar een parcours als dit ligt ver af van wat je nodig hebt in koersen zoals de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix.”
Van Aert benadrukte dat de crossen in Gullegem en Loenhout hem wellicht nog beter voorbereiden op de klassiekers. “Die waren iets explosiever en meer gericht op fietsen. Dat is een goede prikkel. Maar uiteindelijk speelt ook het plezier mee. Dagen zoals vandaag herinneren me eraan waarom ik vroeger zo graag wilde crosser worden.”
Steun van een enthousiast publiek
Onderweg kon Van Aert rekenen op de steun van het massaal toegestroomde publiek, ondanks de barre omstandigheden. “Het is ongelofelijk hoeveel mensen hier vandaag buiten zijn gekomen”, aldus Van Aert. “De steun van de fans raakt me enorm. Het betekent veel voor me, en ik wil iedereen bedanken die hier was.”
Op naar Spanje
Na zijn succesvolle weekend in het veld verschuift Van Aerts focus nu weer richting het wegseizoen. Binnenkort reist hij naar Spanje om verder te trainen in betere weersomstandigheden. “Morgen neem ik een rustdag en daarna vertrek ik naar de ploegstage in Spanje”, vertelde hij met een glimlach. “Het zal fijn zijn om in een aangenamer klimaat te kunnen trainen.”
