Voorafgaand aan Parijs-Roubaix brengen wij zoals bij alle belangrijkste wedstrijden 3 topics om in de gaten te houden. Welke vragen willen wij beantwoord zien worden tijdens de Hel van het Noorden?
Na het Vlaamse voorjaar, dat met winst van Jasper Philipsen in de Scheldeprijs toch definitief werd afgerond op woensdag, is het tijd om de kasseiklassiekers meteen ook maar af te sluiten. Dat doen we met L’Enfer du Nord, de helleklassieker over de keien van Noord-Frankrijk. Wat vragen wij ons af voor aanvang van Parijs-Roubaix?
KRIJGEN DE SUBTOPPERS NÓG ZO’N ONMISBARE MOGELIJKHEID OM EEN MONUMENT TE WINNEN?
Tijdens de Ronde van Vlaanderen scheidde zich een riant groepje subfavorieten – we hadden met de Grote 3 genaamd Tadej Pogacar, Wout van Aert en Mathieu van der Poel immers 3 renners die qua capaciteiten ruim boven de rest stonden – zich af om er vervolgens een knallende finale van te maken.
Toen de 3 bovengenoemden met de spierballen gingen rollen, verdween hun zorgvuldig opgebouwde voorsprong van 3 minuten echter als sneeuw voor de zon. In nog geen 60 kilometer tijd reed aan het einde winnaar Pogacar (en met vijftien seconden achter hem Van der Poel) niet alleen het gat dicht, maar ook nog eens een minuut weg van die subtoppers, aangevoerd door Mads Pedersen.
Een ietwat pijnlijke conclusie eigenlijk. De kans voor renners van dat kaliber om de Ronde te winnen – op dit veel te zware Oudenaarde-parcours – was nog nooit zo immens groot geweest, toch slaagden de iets minder groten er niet in vooruit te blijven. In Parijs-Roubaix is de kans van slagen groter. Pakken ze deze nu wel, of wordt het toch gewoon ‘Matje’ of Wout?
KAN VAN DER POEL HIAAT OP ZIJN ERELIJST OPVULLEN?
In 2021 was Mathieu van der Poel er al eens dichtbij: die beruchte kasseientrofee. Echter moest de Nederlander destijds zowel Sonny Colbrelli als Florian Vermeersch voor zich dulden in de slotspurt. Een toch ietwat vreemde ontwikkeling, getuige hoe sterk VDP die dag onderweg was.
Zijn vorm gedurende het voorjaar was beter dan ooit. Het leverde hem vanwege een ontketende Pogacar geen Ronde-winst op, maar in Milaan-Sanremo voerde de in Antwerpen wonende coureur een kunststukje op dat we zelden eerder zagen.
Mist er nog één element om zijn al ridicule palmares toch echt bij de allergrootsten te laten horen: Parijs-Roubaix. Zondag krijgt hij de uitgelezen mogelijkheid, want binnen enkele jaren zal ook wonderkind Pogacar zich op deze wegen begeven. En die liet vorig jaar tijdens de Tour de France al zien dat hij er ook op de kasseien niet voor terugdeinst iedereen in het stof te laten bijten.
VAN BAARLE ALS PLOEGMAAT: EEN VLOEK OF EEN ZEGEN?
Voorafgaand aan het seizoen 2023 was er een en ander over te doen: de overstap van Dylan van Baarle van INEOS-Grenadiers naar Jumbo-Visma. Bij Jumbo was er immers al een kopman voor het soort koersen dat Van Baarle het beste ligt.
De nummer twee van de Ronde van 2022 en de winnaar van Roubaix een week later kwam in de ploeg van Wout van Aert terecht, die toch echt eens zelf een van die twee topkoersen wilde winnen. Van Baarle won dan ook nog eens de Omloop Het Nieuwsblad op imposante wijze, waarna we dachten dat we vertrokken waren voor een tumultueus voorjaar.
Een valpartij in de E3 Saxo Bank Classic besliste daar voor de Nederlander echter anders over. Hij was niet fit genoeg om naar de Ronde te trekken, een tactische domper voor Jumbo-Visma, maar een opsteker voor Van Aert: alle ballen gingen daardoor op hem. Van Baarle is wel fit genoeg om in Compiègne te starten, maar om finale te rijden?
Één ding is zeker: als Van Baarle fit genoeg blijkt om finale te kunnen rijden, is dit wellicht geen zegen voor Wout van Aert. De Nederlander is van alle klassieke coureurs op dit moment tactisch de beste en weet als geen ander wanneer te vertrekken. En dan zou het zomaar kunnen dat een nieuwe ploegmaat de droom van Van Aert om die kassei op te halen op de piste in Roubaix, aan frieten rijdt.