Zaterdag vindt in Italië Strade Bianche plaatst, een wedstrijd die op zeer korte termijn toch is uitgegroeid tot een grote klassieker. De erelijst is er dan ook om u tegen te zeggen.
Wout van Aert, Mathieu van der Poel, Julian Alaphilippe, Tom Pidcock, allemaal staan ze er al op. Net als Tadej Pogacar die zaterdag van start gaat als torenhoge favoriet, en dat op een vernieuwd parcours. Zo is er 30 kilometer aan de wedstrijd toegevoegd en overschrijden ze daarmee nu de mythische grens van de 200 kilometer.
Daarmee zetten ze hun sollicitatie richting status als Monument nog wat kracht bij, met ook vier extra grindstroken. Al valt dat allemaal toch nog even af te wachten of dit wel zo positief zal uitdraaien. Michel Wuyts en José De Cauwer toonden zich al sceptisch, maar een andere ex-winnaar, Philippe Gilbert, ziet eerder positieve zaken.
Minder voorspelbaar
Zo valt het bijvoorbeeld niet meer te vrezen dat de wedstrijd al zeer snel in een beslissende plooi zal liggen. “Niemand gaat nog van ver aanvallen, op Monte Sante Marie bijvoorbeeld, omdat je krachten moet sparen voor die extra lus in Siena”, denkt Gilbert immers in Het Nieuwsblad.
“Uiteraard zal de Monte Sante Marie voor een schifting zorgen. Maar het zal terug stilvallen zodat er renners kunnen terugkeren. Een solo vanaf Monte Sante Marie, dat acht ik niet meer mogelijk. Iedereen zal na die strook nog enkele ploegmaats bij hem in de buurt willen.”
Daarnaast ziet Gilbert nóg een extra voordeel. “Met slechts 180 kilometer was de wedstrijd de voorbije jaren heel intens. Je kon niet een vroege vlucht enkele minuten laten nemen want dat was te gevaarlijk. Nu de wedstrijd dertig extra kilometers krijgt, wordt ze makkelijker om te controleren.”
Strade Bianche @CA_Ita 2024
— Strade Bianche (@StradeBianche) January 30, 2024
THE ROUTE 👇🗺️#StradeBianche pic.twitter.com/Dkhq8EGvAy
