We naderen alweer de start van het wielerseizoen 2024. Een extra speciaal jaar, want zo staan er in de zomer ook de Olympische Spelen op de agenda. Daar mag bondscoach Sven Vanthourenhout echter maar vier namen voor selecteren.
Wout van Aert en Remco Evenepoel lijken daarbij zekerheden. Zo blijven er dus nog twee plaatsen over. Mogelijk is één stekje daarvan wel voor Arnaud de Lie, die zijn geweldige debuutjaar dit seizoen wist te bevestigen. Ook Evenepoel geraakte onder de indruk van zijn jonge landgenoot.
“Als die zo goed blijft rondrijden, zal Sven niet rond hem heen kunnen”, concludeert de Belgische kampioen dan ook in Het Laatste Nieuws. “Chapeau voor wat Arnaud dit seizoen heeft gepresteerd.”
DILEMMA
Vanthourenhout gaat daar volmondig mee akkoord. “We leven in weelde, dat is bekend. Zet daar Jasper Philipsen nog bij en je komt op papier al aan een valabel kwartet.” Vier troeven op een medaille, maar er zit een addertje onder het gras.
“Maar dan weet je dat je, in een atypische race als de olympische wegrit met een peloton van amper negentig renners, een risico neemt. Dus is dat absoluut geen vanzelfsprekendheid”, hint de bondscoach op het feit dat twee helpers voor Evenepoel en Van Aert ook zeker een mogelijkheid zijn.
EVENEPOEL ZIET KANSEN
Daar kan Evenepoel zich ook in vinden. Het wordt immers een loodzware koers. “270 kilometer, da’s heel lang. Een verschilmaker, want er zijn er maar weinig die na een zware koers van zeseneenhalf uur kunnen winnen.”
Evenepoel ziet alvast kansen voor zichzelf. “Je weet nooit hoe een koers loopt, maar dit moet me liggen. (grijnst) Al zullen er dat ongetwijfeld veel denken. Pogacar, Roglic, Van der Poel, Pedersen, Wout...”