De Tour de France staat voor de deur, en bij Soudal Quick-Step zijn ze bezig met de laatste puzzelstukken rond kopman Remco Evenepoel. Eén van de zekerheden? Ilan Van Wilder. In de Ronde van Zwitserland toont de Belg zich opnieuw als een betrouwbare schakel. Dat is ook nodig, want bij de ploeg stapelen de blessurezorgen zich op. Van Wilder blijft er rustig onder én straalt vertrouwen uit.
Blessures eisen hun tol bij Quick-Step
Van Wilder en Evenepoel kennen elkaar al jaren. Als junioren reden ze met én tegen elkaar, en sinds 2022 delen ze opnieuw een trui bij Soudal Quick-Step. In de komende Tour zal Van Wilder opnieuw de rol van rechterhand op zich nemen – een cruciale opdracht, gezien het gehavende team. Mikel Landa is er niet bij door een rugwervelbreuk, Louis Vervaeke is twijfelachtig met een sleutelbeenbreuk en ook bij Valentin Paret-Peintre en Max Schachmann zijn er vraagtekens.
“Het is niet makkelijk als renners geblesseerd raken,” erkent Van Wilder tegenover In de Leiderstrui. “Maar je kunt daar weinig aan veranderen. We moeten ons aanpassen en met de best mogelijke selectie starten. We hebben nog altijd goede opties.” Zelf voelt hij zich alvast klaar om de last te dragen.
Constante lijn richting topniveau
In de Ronde van Zwitserland houdt Van Wilder stand tussen de besten. “Almeida steekt er wel bovenuit, maar ik kan volgen – dat is motiverend,” stelt hij nuchter. Het past binnen een constant seizoen: top tien in Algarve, Parijs-Nice én Baskenland. “Sinds de Tour van vorig jaar heb ik nog een stap kunnen zetten,” zegt hij. “Vooral in hardheid. Zelfs als het niet loopt, weet ik mezelf erdoorheen te sleuren.”
Die mentale en fysieke weerbaarheid blijkt ook in de koninginnenrit, waar hij donderdag opnieuw indruk maakte. “Dat kon ik vroeger niet elke keer. Nu voel ik dat ik sterker word, met meer inhoud en ervaring.” De Tour komt dichterbij, en Van Wilder lijkt klaar om zijn rol opnieuw met verve te vervullen. In dienst, maar niet zonder ambitie.