Matthijs Klerkx
Ceylin Del Carmen Alvarado won haar derde cross deze winter; een derde Superprestige-manche bovendien. In Heusden-Zolder bleek ze de sterkste, waarmee ze zichzelf verbaasde.
Net teruggekeerd van een trainingsstage was de Dominicaans-Nederlandse toch een beetje verrast. "Ik wist niet hoe ik terug zou keren, maar dat bleek toch heel goed te zijn. Alleen aankomen in een snelle cross waar ook meiden mee reden die op de weg goed zijn, dat doet toch deugd. Ik voel dat ik terug een stukje sterker ben dan voorheen", vertelde ze in het flash interview aan ex-crosster Sophie de Boer.
Toch ging het niet meteen geweldig. "De eerste twee rondes waren voor mij enorm lastig", gaf Alvarado eerlijk toe. "Ik zat telkens op de rekker en in de kopgroep (van 8 rensters, red.) waren er telkens meiden die voor me kropen op de technische passages. En dan als de gaten wat groter werden, ging het vanzelf makkelijker en begon ik zelf maar te rijden. En dat ging steeds beter en beter."
Een solo-winst, niet een van de scenario's waar de crossvrouw van Alpecin-Deceuninck rekening mee hield. "Ik wilde zeker met Inge (Van der Heijden, red.) naar de meet rijden", beantwoordde ze de vraag van De Boer. "Maar kort voor de laatste ronde moest ze toch lossen. Tja, toen had ik geen andere keuze", lachte Alvarado.
