Quinten Hermans soleerde gisteren naar de overwinning in de Kermiscross van Ardooie. De renner uit Turnhout liet achtervolgers Felipe Orts en Laurens Sweeck in de helft van der koers ver achter zich en won meteen in zijn comeback naar het veldrijden.
Ook Zdenek Stybar liet zich even opmerken in West-Vlaanderen door in het begin van de wedstrijd op kop te fietsen. De Tsjechische crosser kon het hoge tempo echter niet vasthouden en moest uiteindelijk genoegen nemen met een zestiende plaats. Hermans toonde zich na afloop van koers bijzonder tevreden over het resultaat. De Intermarché-renner, die dit seizoen tweede werd in Luik-Bastenaken-Luik na Remco Evenepoel, staat zondag ook aan de start van de Wereldbeker-cross in Tabor.
“Uiteraard is het mooi hier te winnen maar zondag in Tabor is het terug beginnen vanaf nul. Er komen enkele jongens bij die top waren in de Amerikaanse wereldbekercrossen. Het zal sowieso niet zo makkelijk gaan als vandaag", vertelde hij aan Het Nieuwsblad, verwijzend naar Eli Iserbyt en Michael Vanthourenhout. Beide renners moesten van hun ploeg, Pauwels Sauzen-Bingoal, verplicht rusten met het oog op de wedstrijd in Tsjechië dit weekend.
Ook Laurens Sweeck hoopt in Tabor het beste van zichzelf te kunnen laten zien. In Fayetville moest hij nipt zijn meerdere erkennen in Eli Iserbyt na een uiterst spannende sprint. "De terugreis hing nog wat in mijn benen. Ik ben terug van dinsdagochtend en vrijdagavond vertrek ik met het vliegtuig naar Tabor. Het wordt zaak om de volgende dagen goed te recuperen. Voluit gaan zat er hier niet in. In de laatste ronden voelde ik mijn benen leeglopen", besloot Sweeck.
