Stan Strubbe
Over enkele weken is het zover: de traditionele wintervraag in de cross — wanneer duiken Mathieu van der Poel en Wout van Aert het veld weer in? De kalender wijst richting een rentree in het weekend van 20 tot 22 december, in Antwerpen, Koksijde of Hofstade. De terugkeer van de ‘Grote Twee’ betekent steevast meer publiek, meer media-aandacht en vooral meer spektakel. Maar volgens Bart Wellens heeft hun afwezigheid dit seizoen verrassend weinig gemist.
LEES OOK: 'Vrouwen hebben het graag': Deze veldrijder ligt goed in de markt
‘Dit is een van de spannendste seizoenen van de afgelopen jaren’Wellens ziet in de eerste weken van het nieuwe veldritjaar een opvallende dynamiek. “We hebben tot dusver een van de spannendste seizoenen van de afgelopen jaren gehad met heel veel verschillende winnaars,” zegt hij bij Het Nieuwsblad. Thibau Nys, Michael Vanthourenhout en Joris Nieuwenhuis verdeelden onder elkaar al meerdere overwinningen.
Die variatie zorgt ervoor dat het klassement open blijft en dat de strijd in elke cross andere contouren krijgt. De afwezigheid van Van der Poel en Van Aert biedt ruimte aan rijders die anders vaak in de schaduw terechtkomen, en dat maakt volgens Wellens het seizoen tot nu toe uitzonderlijk boeiend.
Terugkeer blijft bijzonder
Toch wil Wellens niet suggereren dat veldrijden zonder zijn grootste sterren beter wordt — integendeel. “We moeten het nog altijd een eer vinden dat zo’n twee wereldtoppers op de weg naar de cross willen komen,” benadrukt hij. De aanwezigheid van Van der Poel en Van Aert tilt het niveau steevast op, zowel sportief als commercieel.
Hun impact is onmiskenbaar: zodra ze verschijnen, stijgen de bezoekersaantallen, de tv-cijfers en de intensiteit van de wedstrijden. Zelfs in een seizoen waarin veel renners winnen, blijven zij de maatstaf — de meetlat waartegen iedereen zich wil meten.
En precies daarom kijkt het veld — fans én renners — reikhalzend uit naar hun eerste startnummers van deze winter.
