Kevin De Jonghe
Het WK begint aan zijn hoogtepunten. Zaterdag strijden de elitevrouwen voor de wereldtitel in Kigali, zondag is het de beurt aan de mannen. De voorspelde titanenstrijd tussen Evenepoel en Pogacar ligt voor de hand, maar wie is nu dé topfavoriet?
LEES OOK: WK-mirakel in de maak? "Bijna gelijk aan Pogacar en Evenepoel"
De Wolf is chauvinistischVoor de tijdrit van vorige week antwoordde iedereen volmondig: Pogacar. Na de demonstratie van Evenepoel ligt dat toch enigszins anders. Dat is alvast het geval bij Dirk De Wolf. Hij geeft onze landgenoot toch een licht voordeel ten opzichte van de Sloveen.
“De moraal van Remco is top, dat merk ik als ik hem een berichtje stuur. Hij zit op een wolk en heeft eindelijk eens naar een wedstrijd kunnen toewerken zoals hij dat dit jaar nog niet heeft kunnen doen. Dus: vijf sterren voor Remco, vier en een half voor Pogacar”, zegt hij strijdvaardig bij Het Nieuwsblad.
Al heeft die verbluffende tijdrit van vorige week daar volgens hem weinig of niets mee te maken.: “Daar mogen we geen conclusies uit trekken. Als hij niet ziek of geblesseerd is, is Remco onklopbaar in een tijdrit. En we kregen een vertekend beeld van Pogacar omdat hij werd ingehaald door Remco. Het is niet dat Pogacar veertiende werd in de tijdrit.”
Evenepoel krijgt van De Wolf desalniettemin het voordeel, al zal het een dubbeltje op zijn kant worden: “De conclusie is dat er met Evenepoel en Pogacar twee topfavorieten zijn en dat je 25 renners kan opnoemen voor de plekken drie tot en met twaalf.”
Wraakzuchtige Pogacar
Zijn collega-analisten bij de krant zijn echter een andere mening toegedaan. Zij kiezen toch eerder voor de regerende wereldkampioen: “Mijn hart zegt Evenepoel, mijn hoofd zegt Pogacar”, aldus Benji Naesen. “Evenepoel heeft een betere voorbereiding gehad – ik denk dat Pogacar na de Tour een langere rustperiode nodig had – maar we hebben in de Dauphiné gezien hoe hard Pogacar kan terugslaan na een mindere prestatie.”
Sep Vanmarcke stemt daarmee in: “Ik kies toch ook voor Pogacar. Omdat hij zich echt heeft gefocust op de wegrit. En door zijn staat van dienst, uiteraard. ”
