Kevin De Jonghe
We kregen op dag 11 in deze Tour eindelijk de langverwachte strijd tussen Wout van Aert en Mathieu van der Poel. Geen van beide kon uiteindelijk aanknopen met de dagzege, en dat zorgde toch voor wel wat frustratie. Maar tegelijkertijd was ook de sportiviteit niet ver weg.
LEES OOK: Vanthourenhout zag het mislopen bij Wout en Mathieu: "Hij reed niet vol mee"
Duo-aanval leidt tot frustratieVan Aert bleek onvermoeibaar en deed alle moeite om in de vlucht te geraken. Dat lukte uiteindelijk ook, al had de renner van Visma-Lease a Bike daar al heel wat energie voor moeten verbruiken. Dat was dan weer veel minder het geval bij Van der Poel die bij zijn eerste poging meteen raak schoot.
Hoe dan ook geraakten beide heren weg uit het peloton in een groepje van vijf, achtervolgend op nog eens een groepje van vijf. Verbazingwekkend genoeg zagen noch Van Aert noch Van der Poel ooit de kop van de koers. Toch een gebrekkige samenwerking?
Bij de Kempenaar viel er alvast verdoken frustratie te merken. “Mathieu zette alles op die laatste beklimming, wat ik wel dacht. Maar uiteindelijk kwam ook hij tekort. Achteraf bekeken hadden we vroeger moeten proberen de kloof te dichten”, klonk het bij Van Aert.
Hommage voor Abrahamsen
Van der Poel van zijn kant dacht dan weer een moment dat hij na die slotbeklimming op kop lag. Dat was niet het geval want Jonas Abrahamsen en Mauro Schmid reden nog voorop. Het was uiteindelijk de oersterke Noor die met de zege ging lopen. Hij kreeg daarvoor het grootste respect van Van Aert en Van der Poel.
De Nederlander stelde in zijn interview al dat de koplopers ‘ijzersterk’ waren, hij ging de ritwinnaar meteen na aankomst dan ook feliciteren. Hetzelfde verhaal bij Van Aert die zich zelfs door een horde aan journalisten wurmde om Abrahamsen toch maar de hand te kunnen schudden. Het leverde mooie beelden op!
