Kevin De Jonghe
We staan vlak voor de start van de Tour de France anno 2025. Daar is het uiteraard ook uitkijken naar de vele Belgen aan de start. Zo valt te bekijken of Remco Evenepoel zal kunnen meestrijden voor het podium – of zelfs de eindzege? – en of Tim Merlier in zijn tweede Tour wat kan betekenen.
LEES OOK: Merlier onthult: hoe hij Evenepoel compleet razend kreeg
Voor alles een eerste keerBij Soudal Quick-Step hebben ze ervoor geopteerd om zowel Evenepoel als Merlier mee te nemen richting Lille. Een gecontesteerde keuze toch wel, maar Evenepoel lijkt het wel oke te vinden. “Het is de eerste keer dat ik een grote ronde rijd met een sprinter in de ploeg en daar ben ik wel benieuwd naar."
"Het is ook logisch dat we Tim en z’n lead-out Bert Van Lerberghe meenemen, want we hebben toch niet de ploeg om de koers in de bergen in handen te nemen zoals Visma-Lease a Bike en UAE. Daarom mikken we zowel op Tim als op mij. Daar is nooit discussie over geweest. We gaan elk onze etappes proberen winnen", liet Evenepoel optekenen.
Voor Merlier kwam die belofte voor een selectie afgelopen winter overigens als een verrassing. “Dat we samen in de Tourselectie zouden zitten, had ik niet voelen aankomen – tot Patrick het zei tijdens de Vélo d’Or-uitreiking, waarvoor we beiden genomineerd waren. Eerst zien en dan geloven, dacht ik. Maar het is uitgekomen”, zei hij nog maar pas bij Humo.
Daar deed Merlier ook uit de doeken dat Evenepoel zijn zegen heeft gegeven. “Remco was ermee akkoord, dat heeft hij persoonlijk tegen mij gezegd toen we samen in Amerika waren. Zijn goedkeuring was cruciaal. Als Remco er niet achter stond, had ik de eer aan mezelf gehouden. Dan was ik wel naar de Giro of de Vuelta gegaan.”
Gele dromen
En dus staat Merlier zaterdag aan de start in Lille, én krijgt hij meteen ook een gouden kans op de gele trui. “In de eerste drie dagen liggen er heel wat kansen voor de sprinters. Ik kijk er heel erg naar uit en hoop een van die ritten te winnen. De eerste dag wordt heel belangrijk voor de sprinters, want we kunnen de gele trui nemen."
Maar druk maakt de sprinter zich – geheel in eigen stijl – allerminst. "Ik blijf er rustig onder. Er is maar een iemand die die gele trui kan pakken op de eerste dag. Als ik die niet pak, dan focus ik me op een andere etappe."
