Yorrith Haan
Sepp Kuss voelt zich eindelijk weer renner. Na een kleurloos voorjaar en een mislukte poging om als kopman te schitteren in de Vuelta van 2024, lijkt de Amerikaan van Visma | Lease a Bike opnieuw in zijn rol te groeien. In het Critérium du Dauphiné rijdt hij voorlopig nog in de schaduw, maar de contouren van zijn vorm worden duidelijk.
“Ik voel me goed”, zo zei hij bijvoorbeeld voor de start van rit drie. “Ik kijk uit naar het weekend, dan gaan we zien waar we staan.” Kuss wilde graag mee in de vroege vlucht, maar kreeg de ruimte niet. Toch klinkt hij ontspannen. Na een matige Ronde van Catalonië en een moeilijke periode vorig jaar — met o.a. een gemiste Tour door corona — is het nu vooral zaak om ritme te vinden en weer plezier te krijgen in koersen.
Niet meer de kopman
De rolwissel lijkt hem goed te doen. Waar hij vorig seizoen nog worstelde met de druk van het kopmanschap in de Vuelta, rijdt hij nu weer volledig in dienst van Jonas Vingegaard. “Het was een bewuste keuze. Ik heb een programma dat vrijwel gelijkloopt met dat van Jonas,” aldus Kuss, die dit seizoen opnieuw de Tour en Vuelta combineert, maar zonder persoonlijke ambities.
Bij Visma zijn de signalen positief. De ploeg komt met een stevige maar succevolle Giro in de benen naar de Dauphiné en ook Vingegaard lijkt weer op niveau. “Iedereen is in vorm,” zegt Kuss. “We hebben goed getraind, pittige ritten achter de rug en de sfeer is uitstekend.” Voor zichzelf hoopt hij in het weekend zijn benen echt te testen, als het klimwerk toeneemt.
Op koers voor juli
Over de vorm van zijn kopman heeft Kuss weinig twijfels. “Dat hij in rit één zo sterk meesprintte, is geen toeval. Jonas heeft altijd al een verrassend snelle sprint gehad, hij laat het alleen niet vaak zien. Die eerste etappe was intens, maar hij zat er waar hij moest zitten. Dat geeft vertrouwen.”
Volgens Kuss ligt het hele blok op schema richting juli. “Jonas weet wat nodig is om te winnen, hij heeft het al gedaan. Hij oogt rustig, maar is scherp. En hij probeert ook te genieten. De komende dagen gaan we zien waar we echt staan, maar de signalen zijn goed. Dit is de koers om dat te toetsen.”
