WN Redactie
Op 46-jarige leeftijd maakt Bart Wellens dan toch zijn debuut in een grote ronde. Niet als renner, maar als sportdirecteur bij Intermarché-Wanty in de Giro d’Italia. De voormalige wereldkampioen veldrijden moet er zelf nog een beetje aan wennen. “Het is buiten mijn comfortzone, maar wel iets wat ik met volle goesting aanpak”, vertelt hij. “En eerlijk? Op dit moment doe ik dit zelfs liever dan de cross.”
Wellens rolde acht jaar geleden het ploegleiderschap in bij de broers Roodhooft, waar hij met Corendon-Circus zijn eerste stappen op de weg zette. “Dat vond ik toen best lastig, want ik had zelf nooit op niveau op de weg gekoerst. En tegen jonge gasten als Van der Poel had ik weinig in te brengen. Maar intussen heb ik bij Intermarché wel grotere koersen gedaan, zoals Parijs-Roubaix, en is mijn ambitie alleen maar gegroeid.”
LEES OOK: Mettepenningen mikt op sensatietransfer: Wellens trekt vraagtekens
Geen ex-wegrenner, wel een perfectionistDie groei komt niet vanzelf, benadrukt hij. “Ik moet altijd voorbereid zijn tot in de puntjes, juist omdat ik zelf nooit een wegrenner ben geweest. Dan wil ik alles weten – tot op het niveau van Google Streetview. Ik wil elke bocht gezien hebben voor we er passeren.” Zijn rol in de Giro ligt dan ook meer aan de logistieke kant, terwijl collega-sportdirecteur Dimitri Claeys zich op het koersmatige focust. “Het is toch spannend. De start in Albanië is nieuw voor iedereen. Wij met het vliegtuig, het materiaal met twee boten – ik zal blij zijn als we in Italië zijn.”
De overstap van cross naar weg vergde ook achter de schermen de nodige aanpassing. “Ik heb pas een computer leren gebruiken toen ik ploegleider werd. Nu maak ik PowerPoints, bekijk ik wattages en analyseer ik data – dat is een wereld van verschil met mijn tijd als renner. Maar ik vind dat leuk. Je bent meer betrokken bij het totaalplaatje dan in de cross, waar je als ploegleider vooral trainingsschema’s maakt en mentaal ondersteunt.”
Dromen van de Tour
Een Giro als renner zat er nooit in voor Wellens, maar nu begint hij de charme van Italië wel te snappen. “Ik heb dit voorjaar het hele Italiaanse programma gedaan. Mooie koersen, prachtig eten – ik heb me geen dag slecht gevoeld. En de Giro is natuurlijk de roze trui, dat blijft speciaal.” Toch blijft hij bescheiden over zijn rol. “Wat ik zelf heb meegemaakt als renner, kan ik maar beperkt doorgeven. Alleen in technische koersen als Roubaix heb ik echt iets bij te dragen.”
De ambities van Intermarché zijn breed. “Louis Meintjes is onze klassementsman, al is dat altijd met twee woorden. Puncheurs als Busatto kunnen hun kans grijpen en met Gerben Thijssen mikken we op sprintsuccessen. We willen op meerdere fronten iets laten zien.” En voor Wellens persoonlijk? “Dit is weer een stap. Ik wil blijven groeien. Mijn droom is om ooit ook de Tour te doen. Maar nu eerst drie weken Giro, dat is al een avontuur op zich.”
