Yorrith Haan
Voor Pascal Eenkhoorn had de Brabantse Pijl van 2025 een bijzondere betekenis. De Limburger reed er voor het eerst samen met kopman Remco Evenepoel, die zijn seizoensdebuut maakte voor eigen volk. De kennismaking leverde meteen succes op: een sprintzege tegen Wout van Aert. “We wisten dat Remco goed zou zijn, maar Wout kloppen in een sprint is wel iets anders”, lachte Eenkhoorn na afloop.
LEES OOK: Kamp-Pogacar verstuurt ferme waarschuwing richting Evenepoel
VertrouwenDe Soudal Quick-Step-renner had vertrouwen in zijn ploegmaat, maar was onder de indruk van zijn explosiviteit. “Ik denk dat er momenteel drie renners rondrijden die op een ander niveau zitten en Remco is er daar een van. Hij komt net terug in koers en is dan meteen zo scherp… Hij heeft perfect geprofiteerd van het moment en van het feit dat Wout zijn sprint iets minder is dit voorjaar.”
In aanloop naar de koers merkte Eenkhoorn al dat Evenepoel gebrand was op een goede prestatie. “Hij stuurde een paar berichtjes in de groepsapp. Je voelde gewoon dat hij er zin in had. En als je met zo’n kopman aan de start staat, geeft dat de hele ploeg moraal en vertrouwen. De sfeer was goed, zonder dat er echt druk op zat.”
Samen op weg naar Limburg
Zelf kende Eenkhoorn een lastig dagje op de heuvelachtige wegen rond Overijse. “Vooral veel afzien”, grijnsde hij. “De eerste ronde draaiden we goed op, met Pepijn Reinderink die een sterke beurt deed richting de Moskesstraat. Daarna was het voor mij vooral volgen. Gelukkig kon ik me in het laatste stuk wat sparen, met zondag in het achterhoofd.”
Want daar kijkt hij met veel motivatie naar uit: de Amstel Gold Race, in zijn eigen regio. Eenkhoorn zal opnieuw in dienst rijden van Evenepoel, die de koers eerder al verkende. “Toen zou ik meefietsen, maar toen was ik helaas ziek. Maar hij vond het supermooi daar. Het is mijn streek, dus dat geeft extra motivatie. Ik hoop dat we hem goed door Limburg kunnen loodsen.”
De samenwerking met Evenepoel verloopt volgens Eenkhoorn vanzelfsprekend. “Hij is een bizarre renner met enorm veel talent, maar zonder rare eisen. Dat maakt het makkelijk om je voor hem weg te cijferen. We hebben af en toe contact gehad, ook bij verkenningen. Voor deze koers vroeg hij hoe ik het wilde aanpakken. Sommigen willen veel van voren zitten, anderen wat meer van achteren. Daar kwamen we snel uit. Er is gewoon een goede klik.”
