Mats Buelinckx
Na het wereldkampioenschap veldrijden besloten heel wat toppers om hun veldritseizoen al af te sluiten. Opvallend, want er stonden nog heel wat crossen op het programma.
Kleppers als Mathieu van der Poel, Wout van Aert en Thibau Nys was het WK in het Franse Liévin het einde van het crossseizoen. Begrijpelijk, aangezien ze zich willen voorbereiden op het opkomende wegseizoen. De crossers pur sang werkten deze maand nog de laatste veldritwedstrijden af.
Te veel of net goed?
Bij Sporza werd de vraag gesteld of dit niet de wedstrijden te veel zijn? "Neen", klinkt het duidelijke antwoord van Sven Nys, ploegbaas bij Baloise Glowi Lions. "Voor de echte traditionele crossers vind ik dat de periode van begin oktober tot twee weken na het WK er absoluut mag zijn."
"Een aantal dominante renners is niet meer aanwezig en dat voelt aan als een leegte: in de eerste weken van het seizoen en nu na het WK", ging de 'Kannibaal van Baal' verder, "maar de crossers leveren in die periode wel een mooie strijd."
De voormalige wereldkampioen haalt Mathieu van der Poel aan als voorbeeld. "We moeten er rekening mee houden dat renners gaan combineren en keuzes moeten maken", aldus Nys. "Daardoor rijden ze ook minder en minder. Dat geldt niet alleen in onze discipline. Kijk naar het voorjaar van Mathieu van der Poel. Hij rijdt slechts een handvol koersen in het voorjaar."
Wereldbeker geflopt
Nys is dan weer niet te spreken over het programma van de Wereldbeker dit seizoen. Het klassement is veel compacter geworden met 12 wedstrijden verspreid over zes landen in twee maanden. "Geef de renners en rensters wat lucht", fulmineerde Nys. "Nu neemt niemand de Wereldbeker au sérieux en regent het annulaties."
