Kevin De Jonghe
Het was twee jaar lang wachten om terug te kunnen crossen, maar intussen heeft ook Toon Aerts er alweer bijna een volledige jaargang opzitten. De apotheose volgt komende zondag op het WK, maakt Aerts zich uiteraard weinig illusies.
LEES OOK: Evenepoel ziet nieuwe concurrent opstaan voor WK Tijdrijden
Blij weerzienLogischerwijs moeten we hem niet tot de favorieten rekenen, al maakt Aerts zeker wel kans op het podium. Sowieso is het voor hem nog eens een genoegen om tot de Belgische selectie te behoren. Naar eigen zeggen amuseren de renners zich immers rot op zo’n uitstapje richting EK of WK. Dat komt Aerts zelf te zeggen bij Wielerflits.
“Er wordt dan constant over de cross gepraat. Dat zijn altijd heel leuke dagen. Voor mij is het al twee jaar geleden dat ik deel heb uitgemaakt heb daarvan. Op het EK heb ik er wel al even van kunnen proeven”, klinkt het daar met de grote glimlach bij Aerts.
Afgezien van de sportieve prestatie die moet volgen tracht Aerts er al zeker een mooie week van te maken. “Voor mij is het heel fijn om weer terug zijn in de Belgische selectie, in het hotel rond te lopen en met die jongens op pad te zijn. Ik probeer dus vooral van zo’n dagen te genieten.”
Geweldige sfeer
Zo haalt Aerts ook herinneringen op uit het verleden. Klaarblijkelijk zit het met de sfeer steevast wel snor binnen de Belgische selectie. “Ik herinner me bijvoorbeeld dat ik eens met Quinten Hermans op de kamer sliep in de week voor een WK. Dan zaten we soms tot een kot in de nacht te lachen met elkaar.”
“Dat leverde toen ook echt op. Het is gewoon heel belangrijk om een goede sfeer te hebben richting zo’n WK en met vol goede moet aan de start te staan.” Hopelijk voor onze Belgen is de sfeer ook deze week even goed, en kunnen onze jongens Van der Poel zondag het vuur aan de schenen leggen.
Podium hoogst haalbare
Dan denken we in de eerste plaats uiteraard wel aan Wout van Aert. Bij het afnemen van dit interview was nog niet bekend dat die van de partij ging zijn. Daarvoor was het voor Aerts dan ook duidelijk: “De eerste plaats ligt sowieso vast, daar moeten we niet over zeveren”, doelde hij op een titel voor Van der Poel.
Maar voor het podium acht Aerts zichzelf zeker niet kansloos. Het zou na 2019, 2020 en 2021 voor hem de vierde medaille op een WK kunnen betekenen. "Er is wel een ander deelnemersveld nu, er zijn een hoop jonge renners bijgekomen. De podiumplaatsen zijn dus iets duurder”, beseft hij evenwel.
