Kevin De Jonghe
Adrie van der Poel zag afgelopen zondag zijn zoon richting een vijf op vijf stormen. Al is die term misschien toch wat overdreven. Van der Poel heeft toch steeds minder overschot, al kan dat natuurlijk ook wel ergens de bedoeling zijn.
Vermoeiende periode
Dat zullen we beide heren Van der Poel echter nooit zo horen zeggen. Vader Adrie heeft het toch vooral over een gebrek aan frisheid. “Mathieu voelt wel dat hij al vijf crossen heeft gereden in zeven dagen. Zijn eerste cross was super, maar daarna zag je ook al wel het verschil als hij tegen frissere renners reed.”
“Dat zagen we met Laurens Sweeck in Loenhout, en dan zijn de verschillen ook kleiner. Dan is het dus aan Mathieu om geconcentreerd te blijven. Maar het is een vermoeiende periode”, aldus Van der Poel sr tegenover Play Sports. Bovendien bleek het stevige koek in Besançon.
“Ik denk dat dit één van de zwaarste crossen van dit jaar is geweest en dat het veel heeft gevraagd van de atleten. Je zag dat hij in de eerste ronde niet helemaal zijn ding kon doen, maar nu komt hij de top acht binnen en dan mag hij ook op de eerste startrij staan.”
'Gemiste kans' Van Aert
Met de cross in Besançon kregen we ook één van de weinige afspraken in het buitenland, deze keer dus in Frankrijk. Het werd een geslaagde editie met een talrijk opgekomen publiek. Maar dat had nog wel straffer gekund, mits een aanwezigheid van Van Aert, zo denkt Adrie.
“Ik kan je zeggen: mocht Wout van Aert hier zijn geweest, dan had je misschien nog drieduizend bezoekers meer gehad. De mensen hier willen renners zien die ritten hebben gewonnen in de Tour de France. Dan word je hier op handen gedragen en ben je om het zo te zeggen ‘God in Frankrijk’. Dat is altijd zo geweest.”
